Ga naar de inhoud

"Agroforestrysupplies ziet het Fonds Natuurinclusieve streekboerderijen als een fijne en integere partner met een goede kennis van het speelveld omtrent natuurinclusieve landbouw. Samen stimuleren we elkaar tot innovatie en modellering binnen vernieuwende landbouwsystemen."

Sjef van Dongen, Agroforestrysupplies / Fruitzforlife

Biodiversiteit en productiviteit

Op de meeste NL-bodems nemen biodiversiteit en productiviteit af. De biodiversiteit heeft zich ontwikkeld tot 1910, maar sinds de industriële revolutie raakt de koolstof cirkel uit balans, nemen de natuurlijke productie en distributie van suikers af en daarmee de biodiversiteit. In het optimistische scenario kan de biodiversiteit afname omgebogen worden en kan er weer een soortenrijkdom tot ontwikkeling komen, die in 2070 vergelijkbaar wordt met de biodiversiteit in 1910. In dat scenario spreken we van regeneratie van het landschap.

Natuurinclusieve voedselproductie wordt hier gedefinieerd als een proces waarin biodiversiteit en productiviteit toenemen met minimale externe inputs, en waarin een voldoende groot gedeelte op de markt verwaard wordt om de bedrijfscontinuïteit te waarborgen. Aansluitend op de modelmatige procesbeschrijving in tabblad “Visie en model” en de prioriteiten op gebied van biodiversiteit en productiviteit volgen hier maatregelen om biodiversiteit en productie op een boerderij in het landschap te regenereren:

-i22: leg meer C-verbindingen in de bodem langjarig vast

-i23: stimuleer relatieve toename van fungi, met name mycorrhiza schimmelsoorten

Als de bodem in balans en een diverse flora kan ontwikkelen, kunnen functionele schimmel netwerken sneller groeien over meerdere hectaren; kunnen de plant-schimmel symbiosen floreren; kan meer CO2 vastgelegd worden, en kan het koolstofgehalte in de bodem sneller toenemen (i22). Een belangrijk deel van de organische bodemkoolstof ligt vast in eiwitstructuren o.a. in schimmelnetwerken. Neem jaarlijks bodemmonsters om de ontwikkeling van bodemkoolstof en bodemleven te volgen. Kijk vooral naar verschuiving in de functionele schimmelsoorten (i.23). Bij toename van schimmelsoorten kunnen volgens de voedselweb-hiërarchie ook de nematoden, protozoën, wormen enz. toenemen; en vervolgens ook de aantallen en de diversiteit in insecten, vogels, zoogdieren en verdere fauna. En bij toenemende biodiversiteit kan b.v.:

– het wortelbereik voor de verschillende nutriënten vergroot worden (middels schimmelnetwerken)

– sneller een balans ontstaan tussen invasieve en plaag bestrijdende soorten. 

– de voedselproductie verbonden worden aan het beheer van spontane soorten. Het ene gaat niet ten koste van het andere, maar beide profiteren. Mensen kunnen soorten selecteren voor hun eigen voedselbehoefte, zonder de voedselbeschikbaarheid en biodiversiteit van de andere soorten te schaden.

-i71: vergroot de omzet van voedsel van meerjarige houtige en kruidachtige planten

-i73: vergroot de omzet van voedsel van éénjarige planten

Maak een plan voor omzet – kosten van de farm. Check op vraag naar voedsel in de streek; pas zonodig de selectie van soorten aan. Maak een meetprogramma (m.b.v. het portaal) om de jaarlijkse boerderij omzet te meten in producten afkomstig van meerjarige en éénjarige planten; en maak daarna een plan om de jaarlijkse kosten te beperken:

-i77: beperk de aankoop van diesel

-i78: sluit de kringlopen en beperk de aankoop van mest en voer

Aankoop van fossiele energie kan beperkt worden door zonne-energie te benutten, bodem-bewerkingen te beperken, aankoop van inputs te beperken en de afzetketens kort te houden.

Aankoop van stikstof-meststoffen kan beperkt worden door de N-kringloop op de boerderij te sluiten.